Peter van feestwinkel Brehm: “Ik ga niet achter de geraniums zitten”
“We hadden deze teleurstelling van Delftenaren absoluut niet verwacht”, vertellen Peter en Miranda Brehm. “We wisten niet dat ze Feestartikelenhuis Brehm zo waarderen.” Vader en dochter balen er zelf ook van dat ze moeten stoppen. Maar gelukkig is er heel veel moois om op terug te kijken.
“Ik heb in de winkel van oma leren schrijven en rekenen”, vertelt Miranda. “Als ik vrij was, was ik in de zaak te vinden.” Hetzelfde geldt voor Peter (67): “Toen ik op mijn veertiende van school kwam, ben ik hier gaan werken. Mijn vader is de zaak begonnen in zijn slaapkamer, vlak na de oorlog. Hij zat in de muziek en mensen vroegen hem of hij ballonnen en hoedjes wilde verzorgen tijdens partijen. Dus werd de woonkamer de etalage en de voorraad stond in de slaapkamer. Dat was hier een straat verderop, in de Palamedesstraat. Hij heeft toen een jaartje in een pandje gezeten tegenover zijn huis, maar hij moest daar uit. En zo zijn we op de Nieuwe Langendijk terecht gekomen.” Dat was eerst een hele kleine ruimte: waar nu het opstapje is, was vroeger het einde van de winkel. “Dat hebben mijn vrouw en ik uitgebreid tot wat het nu is, met nog een vuurwerkbunker erachter ook”, vertelt Peter.
Echte handel
Bij die vuurwerkbunker liggen wat Peter betreft de mooiste herinneringen. “Prachtig was dat. Met familie en kennissen uit de buurt stonden we aan het eind van het jaar 3 dagen lang non-stop vuurwerk te verkopen. Het stond eens zelfs zo vol, dat de voorruit van de winkel eruit is geklapt. De rij stond tot op de straat. En dat was ook nog echte handel, he. Er kwam geen computer aan te pas, op 1 januari wist je precies wat je opbrengst was.” Maar helaas gooide de vuurwerkramp in Enschede roet in het eten. “Ik had altijd goede relaties met de brandweer en de politie, maar na de vuurwerkramp werden de veiligheidseisen veel strenger. Onze bunker voldeed niet meer, dus moesten we stoppen.”
Fopartikelen
Wat Peter ook prachtig vindt, zijn de fopartikelen. “Ik ging als kind al met mijn ouders mee naar de beurs. Liet de verkoper een pakje kaarten zien met een blote juf erop, dus ik wilde er natuurlijk inkijken. Stond er stroom op, haha.” Soms trapte hij zelfs in zijn eigen grappen: “We hebben van die aanstekers waar water uitkomt. Dus in de tijd dat ik nog rookte, stopte ik er eentje onnadenkend in mijn zak. Later in de auto wilde ik er een opsteken, kwam er water uit de aansteker.”
Pino en prins Friso
Bij Miranda is de verhuur- en verkoop van de kostuums favoriet. “Veel mensen komen nog terug naar de winkel om te laten zien hoe fantastisch het kostuum hen stond. Dat vind ik zo leuk.” Niet alleen de gewone Delftenaar kwam naar de winkel van Brehm. Ze hebben heel wat hoog bezoek gehad. “Zo kwam Leo Dijkgraaf, de man die Pino speelde in Sesamstraat, regelmatig bij ons om spullen te halen voor zijn andere theaterwerk”, vertelt Miranda. “Maar we hebben ook eens hoog bezoek gehad, zonder dat we het wisten. Klanten keken wel vreemd op en we zagen beveiligers bij de deur. Bleek het prins Friso te zijn, die toen in Delft studeerde…”
Snoepjes
Ook de snoepjes is iets wat veel Delftenaren herinnert aan feestwinkel Brehm. “We doen ze expres los in de bakken, zodat kinderen voor 50 cent nog een snoepje kunnen kopen. We zien ook regelmatig opa’s en oma’s hier met hun kleinkinderen. Ze vertellen dan over hun jeugdherinneringen, zoals de suikerklontjes met spin erin en het duimdrop. Maar die suikerklontjes hebben we helaas niet meer!” Ongeduldig worden Peter en Miranda nooit van de treuzelende kinderen. “We pakken een krukje voor de echte kleintjes, zodat die het ook kunnen zien. Het is voor hen een paradijs hier, joh. Even wachten hoort bij de service.”
Niet achter de geraniums
Helaas is het op 1 januari echt over voor feestwinkel Brehm. “Ik heb nu al 17 jaar COPD en lig ieder jaar wel een keer in het ziekenhuis. Het gaat gewoon niet meer”, zegt Peter. “En ik ga het ook niet in mijn eentje overnemen, want ik wil niet dat mijn kinderen opgroeien bij de oppas”, aldus Miranda. “Het gezin gaat voor. Bovendien is het niet mogelijk om nog iemand erbij aan te nemen. Het is te groot in je eentje en te klein voor jezelf.” Maar het is nog niet helemaal voorbij. Peter: “Vanaf 1 januari gaan we gewoon door met de ballondecoratie. Ik ga echt niet achter de geraniums zitten.”